Een goede looptechniek

Een perfecte looptechniek bestaat niet. Iedereen is anders en heeft een andere lichaamsbouw en dus een andere ‘ideale’ loopstijl. Toch zijn er wel een aantal punten waar je op kunt letten en aan kunt werken. Een goede loopstijl draagt bij aan een goede schokabsorptie, krachtonwikkeling en ademhaling.

 

Staplengte & -frequentie

Een té grote staplengte (overstriding) leidt tot grotere ‘remkrachten’. Als je je voet verder voor je uit zet, zal je voet verder voor je knie en lichaam uitkomen. De ‘remmende’ horizontale component van de grondreactiekracht – de kracht die de grond op je lichaam uitoefent bij iedere impact – wordt daardoor groter (afbeelding). Je lichaam moet meer werken om deze kracht te overkomen en zichzelf uiteindelijk vooruit te bewegen. Dit kost meer kracht en energie en gaat dus ten koste van je efficiëntie. Door de focus te leggen op een hogere cadans (hogere stapfrequentie) om dezelfde afstand te overbruggen, zal de staplengte lager zijn en komt je voet automatisch minder ver voor je knie en lichaam terecht. De afgelegde afstand is immers het product van staplengte en stapfrequentie (cadans). Dit leidt tot een lagere remmende kracht en een efficiënter looppatroon!

Tip: download metronoom-app op je telefoon en stel een gewenste stap- of passnelheid in. Op deze manier heb je een goed feedbacksysteem!

Verticale beweging/ oscillatie

Het doel van hardlopen is om vooruit te komen. Een grote verticale beweging is dan ook niet wenselijk, omdat er dan energie verloren gaat in bewegingen die niet per se bijdragen aan de voorwaartse beweging. Een grotere verticale verplaatsing van je lichaam zorgt dan ook voor een inefficiënter looppatroon.

Tip: Leg de focus op een ‘zachte landing’ en/of doe alsof je onder een laag plafond rent om bewust bezig te zijn met je verticale beweging! Daarnaast zorgt een hogere stapfrequentie ook voor een lagere verticale beweging.

 

Stapwijdte

Ook de wijdte/ breedte van je voetplaatsing is belangrijk. Plaats je je voeten te ver uit elkaar, dan kost dat meer energie waardoor je inefficiënter loopt. Plaats je je voeten te dicht bij elkaar, dan vergroot je de kans op blessures in de heup. Zoek dan ook een goede balans als het aankomt op voetplaatsing.

Tip: zorg ervoor dat je benen de denkbeeldige middenlijn tussen je benen niet overschrijden.

 

Voetlanding

Door de focus te leggen op een voorvoetlanding, zorg je ervoor dat er meer druk komt op de enkel en de achillespees en de kuitspieren. Een hiellanding zorgt juist voor minder druk op je enkel en kuitspieren, maar voor meer druk op de spieren in je schenen en je knieën. Houd hierbij rekening met je blessuregeschiedenis en -gevoeligheid!

 

Andere tips

  • Houd je schouders zoveel mogelijk in een rechte lijn
  • Houd je heupen zoveel mogelijk in een rechte lijn
  • Zwaai je armen vooral naar voren en achteren, niet voor je lichaam door
  • Buig je armen ongeveer 90 graden
  • Kijk vooruit en niet naar je schoenen

Alle trainingen bij Science2Move worden vormgegeven met behulp van persoonlijke trainingszones. Deze trainingszones worden bepaald aan de hand van een maximale inspanningstest waarbij de veranderingen in energiesystemen in kaart gebracht worden.

Meer weten over onze inspanningstest?

Wil jij ook optimaal trainen?
Neem gerust contact met ons op via info@science2move.nl of klik hier voor meer informatie!